wat is karate?

Volgens de legende is karate ongeveer 2000 jaar geleden in het Noorden van China ontstaan, waar de Indische Monnik Daruma Taichi zijn boeddhistische leer onderwees in het klooster van Chaolin-Zsu. Om zijn leerlingen lichamelijk en geestelijk te sterken voor zijn strenge onderwijsmethode en tegen gevaren waarmee zij op hun latere reizen zouden worden geconfronteerd, ontwikkelde hij een soort fysiologische techniek, zowel gebaseerd op zware lichamelijke prestaties als op meditatie. Later kregen deze monniken de naam van de geweldigste vechters van China te zijn en werd hun zelfverdediging stijl Chaolin-Zsu tempel boks of Kempo genoemd.

Door de goede handelsbetrekkingen tussen China en het Japanse eiland Okinawa duurde het niet lang vooraleer deze zelfverdediging techniek doordrong naar Okinawa en de technieken vermengd werden met het plaatselijke vuist vechten. Hieruit ontstond het Okinawa-Te, de basis van het huidige karate. Het was grootmeester Gichin Funakoshi (geboren in 1869, Shuri (Okinawa)) die het Okinawa-Te overbracht naar Japan alwaar hij het vermengde met oudere Japanse verdediging’s technieken en alzo het moderne karate (Kara = leeg; Te = hand) vormde. Karate-do betekent dus de weg van de lege hand.

Hij ontwikkelde de Shotokan stijl genaamd naar het gebouw waarin voor het eerst onderricht werd gegeven. deze techniek werd in Japan snel populair en in 1948 werd de Japan Karate associatie (JKA) opgericht met Gichin Funakoshi aan het hoofd, waardoor Karate een snelle technische vooruitgang boekte. Bij zijn dood in 1957 ontwikkelden vele van zijn leerlingen een eigen stijl. Alzo ontstonden Wado Ryu van Sensei Ohama en het Kyokushin KaiKan van sensei Masutatsu Oyama. Toch werd de shotokan stijl behouden door Funakoshi’s naaste leerling, Sensei Nakayama (9°Dan). Masatoshi Nakayama stond jarenlang aan het hoofd van de JKA en leidde wereldberoemde super karateka’s op zoals Nishiyama, Shirai, Myasaki en Kase. Zo werd het door Funakoshi ontwikkelde en door Nakayama voortgezette Shotokan Karate één der grootst verspreide stijlen in de wereld.

Dojo reglement

De dojo mag alleen betreden worden in volledig traditioneel tenue: schoon wit karate-gi, band om, geen sieraden – haarbanden-en spelden, geen geloofsuitingen zoals hoofddoeken keppeltjes etc., nagels kort en schone handen en voeten. 

De dojo wordt op tijd betreden. Telaatkomers dienen in seiza (op de knieën en de handen op de bovenbenen) te gaan zitten bij de ingang en mogen pas aan de les deelnemen op teken van de Sensei (leraar) of de Daiichi no Sempai (de hoogst gegradueerde).

In de dojo wordt bij de aanvang van de les op teken seiretsu (opstellen op lijn) aangenomen. Seiretsu is altijd op graad hoogte, waarbij de Daiichi no Sempai het verst van de ingang zit.  In seiretsu wordt alleen op teken van de Daiichi no sempai, door de kreet seiza, de formele zithouding aangenomen. Hierbij dient iedereen op één lijn te gaan zitten, gerekend van de Daiichi no Sempai, en dan pas wanneer de Sensei al in seiza zit.   Op het teken Shomen ni rei zet men eerst de linker hand voor de linker knie, dan de rechter hand voor de rechter knie, zodanig dat de duim en wijsvinger van beide handen tegen elkaar een driehoek vormen, waarbij de duimen als basis dienen. Daarna buigt men rustig voorover, met het voorhoofd op de driehoek. Terug zitten wordt eerst de rechter dan de linker hand teruggehaald. Op teken Sensei ni rei (op Sensei ni draait de Sensei zich om) wordt het bovenstaande herhaald met een luid en duidelijk “osss” (een groet) door iedereen. Na deze ceremonie wordt alleen op teken van de Daiichi no Sempai de seiratsu hernomen.

Na het groeten volgt de Taiso (warming up).   Na de taiso wordt door de kreet “Kihon” (basisopstelling), opstelling in kihon geformeerd. Dit gebeurt in alle rust en stilte. De hoogste gegradueerde vormen de eerste rijen, het verste van de ingang, en de laagste gegradueerde de laatste rijen. Met behoud van de plaats waarop men staat, d.w.z. na een uitleg gaat men onmiddellijk weer op zijn oude plaats staan. 

Tijdens de training wordt met volle aandacht en concentratie gewerkt. Met elkaar staan praten of iets anders doen tijdens een oefening is niet toegestaan. Wil men iets vragen, dan gaat men niet staan roepen of schreeuwen, maar je wacht rustig tot de Sensei (leraar) naar je toe komt. Na uitleg van het gevraagde zegt men “Ush” (dank u).
Na de kreet “Yoi” (let op) blijft iedereen in Hachi Dachi staan, zonder te praten, te bewegen of wat dan ook.   Na “Yame” (stop) blijft iedereen in hachi dachi staan en pas na “Yasume” (ontspannen) mag een ruststand worden aangenomen, men blijft wel geconcentreerd en rustig. 

Het trainen met een partner geschiedt met respect en eerbied voor elkaar. Groeten voor het begin en bij het eindigen van een oefening naar elkaar gebeurt spontaan en met respect, zonder dat hiervoor een teken moet gegeven worden.    

Na het eindigen van de training wordt de ceremonie van het “Aisatsu” herhaald volgens bovenstaande vorm.  Pas op het teken van de Daiichi no Sempai, “Tatsu” (opstaan), wordt de dojo in alle stilte en rust verlaten.

SHOTO NIJU KEN - de twintig voorschriften van shoot

Karate do wa rei ni hajimari, rei ni owaru koto no wasuruna.

“Karate begint en eindigt met hoffelijkheid”

*

Karate nisente nashi

“Er bestaat geen eerste aanval in het karate”

 *

Karate wa gi no tasuke

“Karate is van groot belang voor (het handhaven van) rechtvaardigheid”

 *

Mazu jiko wo shire, shikoshite tao wo shire

“Ken eerst jezelf dan de ander”

 *

Gijutsu yori shinjutsu

“Eerst de geest, dan de techniek”

 *

Kokoro wa hanatan koto wo yosu

“Wees altijd voorbereid om je gedachten los te laten”

Wazawai wa getai ni shozu

“Ongeluk (ongevallen) komt altijd door luiheid (nalatigheid)

 *

Dojo nomino karate to omou na

“Denk niet dat karatetraining alleen in de dojo plaats vindt”

 *

Karate no shugyo wa issho de aru

“Je hebt je leven nodig om karate te leren;  er is geen einde”

 *

Arai-yuro mono wp karat-ka seyo, soko ni myo-mi ari

“Stop iedere dag van je leven in karate en je vindt myo”

*

Karate ea yu no goto shi taezu natsudo wo atezareba mopto no mizu ni kaeru

“Karate is als heet water. Als het niet constant verhit wordt zal het weer koud water worden”

*

Katsu kangae wa motsu na makenu kangaer wa hisuyo

“Denk niet dat je moet winnen, denk liever dat je niet moet verliezen”

 * 

Tekki ni yotte tenka seyo

“De overwinning hangt af van je vermogen om kwetsbare punten te onderschatten van onkwetsbare”

Taattakai wa kyo-jitsu no soju ikan na ari

“De strijd hangt af van hoe je beschermt en onbeschermd beweegt.  (Beweeg afhankelijk van je tegenstander)

 *

Hito no te ashi wo ken to omoe

“Beschouw handen en voeten als zwaarden”

 *

Danshi mon wo izureba hyakuman no tekki ari

“Als je van huis vertrekt denk dan dat er vele vijanden op je wachten.  Het is uw houding welke moeilijkheden uitdaagt”

 *

Kamae wa shoshinsha ni ato wa shinzentai

“Beginners moeten zich bekwamen in lage standen, een natuurlijke lichaamshouding is voor gevorderden”

 *

Kata wa tadashiku jissenwa betsu mono

“Een kata beoefenen is een ding, een echt gevecht aangaan is een ander”

 *

Chikara no kyojaku, karada no shinshuku, waza no kankyu wa wasuruna

“Onthoud altijd

sterkte en zwakte in kracht

strekken en samentrekken van het lichaam 

traagheid en snelheid in technieken.

(Pas dit op correcte wijze toe)

 *

Tsune ni shinen kufu seyo

“Denk altijd aan, en zoek de wegen om naar, de twintig voorschriften te leven”